De accountant had moeten vaststellen of de publicatiestukken aansloten op de samengestelde jaarrekening

 

De betrokken accountant stelde de jaarrekeningen samen van een client (holdingstructuur) die producten afnam bij een leverancier. De leverancier eiste bij de afname van de producten een garantstelling van de moedervennootschap. De leverancier verruimde deze garantstelling en baseerde de verruiming op de aanwezige publicatiestukken. Op enig moment wordt de client van de accountant failliet verklaard. De leverancier merkt op dat de cijfers uit de publicatiestukken niet aansluiten met de inrichtingsjaarrekening. De leverancier dient een klacht in bij de Ak. De klacht houdt in dat onder de verantwoordelijkheid van de accountant, onjuiste cijfers zijn gepubliceerd bij de kamer van koophandel.

 

De accountant erkend in eerste instantie dat de publicatiestukken zijn opgesteld en gedeponeerd onder zijn verantwoordelijkheid. De afwijkingen zijn volgens de accountant veroorzaakt door een technische fout in het rapportagepakket. Maar de accountant verweerd zich door aan te geven dat de gepubliceerde cijfers een nog slechter beeld geven qua liquiditeit dan de cijfers in de inrichtingsjaarrekening.

 

Naar het oordeel van de Ak had hij erop moeten toezien dat de gepubliceerde balans op juiste wijze was ontleend aan de balans in de opgemaakte en vastgestelde jaarrekening en hadden de verschillen daartussen hem niet mogen ontgaan. Dit tekortschieten levert strijd op met het fundamentele beginsel van deskundigheid en zorgvuldigheid. Aan dat oordeel doet niet af dat de publicatiestukken een minder gunstig beeld geven van de financiële positie van dan de inrichtingsjaarrekening.

 

De accountant geeft aan dat de inrichtingsjaarrekening, waarop de publicatiestukken gebaseerd moesten zijn, niet definitief was en hier geen samenstellingsverklaring bij was afgegeven. Ook is deze jaarrekening niet (door de AVA) vastgesteld. De Ak verwerpt ook dit verweer. De Ak is van mening, nu de jaarrekening nog niet was vastgesteld, eens te meer de verplichting rustte op de accountant om ervoor te waken dat zijn kantoor overging tot deponering van publicatiestukken (die immers pas mag plaatsvinden nadat de jaarrekening is vastgesteld), en al helemaal van een balans die in meer opzichten dan betrokkene heeft gesteld, afweek van wat kennelijk moet worden beschouwd als een concept van de jaarrekening.

 

De Ak is van mening dat een niet vastgestelde jaarrekening niet mag worden gedeponeerd.

 

De accountant krijgt de maatregel van waarschuwing opgelegd.

 

Annotatie Redactie

De verplichting voor het publiceren van de (verkorte) jaarrekening ligt bij het bestuur. De accountant is behulpzaam bij het opmaken van de jaarrekening, wat eveneens een taak is van het bestuur. NV COS 4410 ziet slechts op de assistentie bij de opmaak van de jaarrekening. De accountant moet terughoudend zijn bij overnemen van de verantwoordelijkheid voor het opmaken van de publicatiestukken en het deponeren hiervan. Wat niet uit de feiten blijkt is in hoeverre de publicatiestukken in concept zijn gedeponeerd al dan niet. De Ak is van mening dat een niet vastgestelde jaarrekening niet mag worden gedeponeerd. De strekking van de kamer van koophandel luidt echter anders. Zij bevelen aan om een concept te deponeren (die niet is vastgesteld) zodra er nog geen definitief vastgestelde jaarrekening is. Hoe dit zich nu verhoudt met de opvatting van de Ak is nu  nog maar de vraag. Duidelijk is dat als de publicatiestukken via de accountant worden opgesteld en gedeponeerd, hij hier nu kennelijk ook tuchtrechtelijke verantwoordelijkheid voor draagt.