Een accountant kan velerlei opdrachten uitvoeren. Veelal wordt de accountant ingeschakeld voor zijn deskundigheid op het gebied van controle en (fiscale en financiele) verslaggeving. Maar wat onderscheidt nu een adviesopdracht van alle andere opdrachten die een accountant uitvoert? Primair richt een accountant zich op het verstrekken van zekerheid. De regelgeving en de bijbehorende opdrachtstandaarden zijn hier dan ook vooral op ingericht.

 

Echter maken adviesopdrachten niet expliciet onderdeel uit van de opdrachtstandaarden. Hoe zorg je er nu voor als accountant dat een adviesopdracht niet wordt verward met een assurance-opdracht? In deze blog omschrijven we de specifieke elementen die van toepassing zijn bij een adviesopdracht.

 

Bij adviesopdrachten maakt de accountant gebruik van zijn technische vaardigheden, opleiding, waarnemingen, ervaring en kennis van het adviesproces. Het adviesproces is een analytisch proces dat met name bestaat uit een combinatie van activiteiten met betrekking tot: het bepalen van de doelstelling, het onderzoeken van feiten, het definiëren van problemen en mogelijkheden, het evalueren van alternatieven, het ontwikkelen van aanbevelingen inclusief de te nemen stappen, het bespreken van de uitkomsten en in sommige gevallen het invoeren en het verlenen van nazorg.

 

Thans is een belangrijk aspect om te vermelden dat de accountant bij een adviesopdracht een bijzonder belang dient, namelijk het specifiek belang van de opdrachtgever. Dit houdt echter niet in dat de accountant de fundamentele beginselen van de VGBA niet moet naleven. In specifieke zin zal de accountant, ook als hij een bijzonder belang dient, zijn objectiviteit als fundamenteel beginsel dienen te waarborgen.

 

Uit de rapportage van de accountant dient te blijken welk advies hij verstrekt ten aanzien van het geen wat hij heeft onderzocht. Dit advies heeft een algemeen richtinggevend karakter en mag zich niet vertalen in een verwijzing naar één absolute oplossing, richting of mogelijkheid. Voorts moet duidelijk naar voren komen dat hier geen sprake is van het verstrekken van enige vorm van zekerheid. Dit dient te blijken uit de opdrachtvoorwaarden, de wijze waarop de werkzaamheden worden uitgevoerd en in de uiteindelijke rapportering.

 

Adviesopdrachten zijn in eerste instantie te kenmerken als overige opdrachten. Dit betekent dat er voor dergelijke opdrachten geen pasklare NV COS standaard beschikbaar is. Echter moet de accountant goed vaststellen of er daadwerkelijk geen pasklare NV COS standaard beschikbaar is. Met betrekking tot transactiegerelateerde adviesdiensten is bijvoorbeeld NV COS 5500N de meest geschikte standaard. Deze standaard is een speciaal voor Nederland ontwikkelde standaard en ziet op de situatie dat de accountant wordt ingeschakeld om de opdrachtgever te ondersteunen in het besluitvormingsproces inzake een voorgenomen transactie. Een voorbeeld hiervan is een due-dilligence onderzoek. Veelal werd dit onderzoek uitgevoerd als een opdracht tot specifiek overeengekomen werkzaamheden. Omdat in de praktijk bleek dat de opdrachtgever meer van de accountant verlangde dan een rapport van feitelijke bevindingen, is onder meer besloten om dit soort opdrachten te scharen onder NV COS 5500N.

 

Resumerend kan worden gesteld dat bij een adviesopdracht de accountant een bijzonder belang dient. Bij het uitvoeren van de opdracht dient hij nog wel de gedrags- en beroepsregels in acht te nemen en in het bijzonder zijn objectiviteit te waarborgen. Een adviesopdracht onderscheidt zich van een assurance-opdracht doordat er geen zekerheid wordt verstrekt. De accountant dient dit expliciet te vermelden in zijn rapportage. Tot slot moet hij nagaan of de opdracht kwalificeert als een overige opdracht of dat wellicht NV COS 5500N van toepassing kan zijn.