In de laatste AVTR heeft Anton Dieleman een handzaam artikel geschreven over de omzettingsverklaring voor de omzetting van BV naar NV. Daar passen enkele opmerkingen bij.


De belangrijkste opmerking is dat Anton de verklaring ziet als een controleverklaring, m.i. onjuist. Het is bij de verklaringen betreffende kapitaalbescherming uit de wetteksten niet helemaal duidelijk op te maken wat de strekking is en het komt dan ook regelmatig voor dat collega’s dergelijke verklaringen als een vorm van verschaffing van zekerheid zien, ‘assurance’ in goed Nederlands.


Dat de wetgever toch iets anders voor ogen heeft gehad zien we bij de herziene bepalingen voor uitgifte van aandelen in een NV anders dan in geld (artikel 2:94a BW). Behalve de gangbare gang van zaken kan de verklaring afgegeven worden door een andere onafhankelijke deskundige (lid 3 onder b). Je kunt denken aan een beëdigd taxateur al heb ik zelf geen voorbeeld meegemaakt. Welnu, je kunt toch niet zeggen dat die andere onafhankelijke deskundige een controleverklaring afgeeft!

Kortom, het is een waardeverklaring.

 

Dat de wetgever toch iets anders voor ogen heeft gehad zien we bij de herziene bepalingen voor uitgifte van aandelen in een NV anders dan in geld (artikel 2:94a BW)

 

Een controleverklaring zou ook implicaties meebrengen die moeilijk oplosbaar zijn. Als de bestaande BV niet onderworpen is aan accountantscontrole, zal het meestal moeilijk zijn om de volledigheid van de schulden vast te stellen. Die volledigheid stelt de accountant ook niet vast bij rechtstreekse inbreng van de activa en passiva in een NV.


Heeft de accountant dan geen nuttige functie? Jawel, maar op een andere wijze, min of meer vergelijkbaar met een samenstelverklaring. De accountant is meer dan anderen in staat om te vermoeden dat er iets niet klopt en dan kan van hem gevergd worden dat hij verder vraagt en zonodig zoekt.


Er is nog een formeel aspect. Als verklaringen voor kapitaalbescherming onder ‘assurance’ zouden vallen, zou de accountant dan ook onder een strenger toezichtsregime vallen.

 

Als verklaringen voor kapitaalbescherming onder ‘assurance’ zouden vallen, zou de accountant dan ook onder een strenger toezichtsregime vallen

 

Maar zoals gezegd een handzaam artikel. Anton werkt uit dat grondslagen niet die van de verslaggevende BV hoeven te zijn, maar aanvaardbaar, een ruimer begrip dat ook geldt voor rechtstreekse inbreng. Ik ben het helemaal met hem eens en heb verder slechts kleine opmerkingen.


De eerste is begrip. De BV waarvoor de accountant de werkzaamheden verricht valt onder titel 5. Pas na omzetting door de notaris gaat titel 4 gelden en dan is de accountant reeds buiten beeld.


De tweede betreft de openbaarmaking. Die kun je het beste regelen in de opdrachtbevestiging. Als het eigen vermogen volgens de vigerende balans ruim voldoende is om aan de kapitaaleis te kunnen voldoen, valt er weinig te regelen. Maar als de vermogensopstelling heel anders is (bijv. door opname van immateriële activa die niet op de officiële balans staan), zal de klant die opstelling graag gebruiken om aan zijn bankier te laten zien. Niet erg, maar regel hoe.


Maar de kritiek doet verder niet af aan het nut van het artikel.